Saint-Amand-les-Eaux
Ik vertrek met de wagen en rij naar de Franse gemeente Saint-Amand-les-Eaux. Na
mijn aankomst wandel ik naar het centrum van Saint-Amand-les-Eaux , waar je de
grote marktplaats kan vinden. Daar kan ik prachtige architecturale pareltjes
ontdekken. Ik kan hier het Schepenhuis zien en de toren van de oude abdijkerk.
Saint-Amand-les-Eaux is ontstaan rondom de Sint-Amandsabdij. Deze abdij werd
gesticht door de monnik Amand (Amandus in het latijn) omstreeks het jaar 633-639 op
gronden die hij dankzij de koninklijke vrijgevigheid ontvangen had van de
Frankische koningDagobert I (603-639). In 679 overleed monnik
Amand in de abdij en werd al spoedig als een heilige vereerd,
waardoor de abdij een bedevaartsoord werd. Het complex is tijdens de Franse Revolutie vrijwel
geheel gesloopt. Van de benedictijner abdij zelf rest enkel de barokke toren
van de kerk (1626) en de voormalige ingang van de abdij, dat nu het Schepenhuis
is. De
ingang van de abdij was vroeger via een ophaalbrug, die uitkeek op een grote
binnenplaats waar de monniken van de Orde van Sint-Benedictus de producten van
hun werk verkochten.
Het Schepenhuis werd gebouwd in 1632 tijdens de Vlaamse
Renaissance en is geklasseerd als historisch monument in 1883. Tot in 1958 was
er op het eerste verdiep een rechtszaal, waar het vredegerecht was. Nu heb je
op het eerste verdiep een trouwzaal. Op het tweede verdiep heb je
ontvangstruimtes. Vroeger had je op straatniveau gevangenissen. Momenteel zie
ik tralies voor enkele ramen die aan een gevangenis doen denken. De gevel van
het gebouw is voorzien van krulversieringen en nissen met borstbeelden. In de
versierde toegangspoort kan ik wapenschilden zien. Boven de toegangspoort is er
een balkon te zien. Het volk kon vroeger vanaf het balkon de toespraken van een
magistraat aanhoren. Zowel links als rechts van de toegangspoort en het balkon
kan ik 2 zuilen zien. Voor het Schepenhuis en op het plein kan je verschillende
kleine fonteintje zien.
De toren op het plein is 82 meter hoog en is het symbool
van deze stad. Deze toren in barokstijl huisvest vandaag een museum dat meer
dan 300 aardewerkstukken tentoon stelt, waaronder prachtige lokale producties
uit de 18de eeuw zoals de stukken van Desmoutiers en Fauquez. De abdijtoren,
voormalige ingang van de abdijkerk, werd gebouwd van 1626 tot 1640 onder abt
Nicolas Dubois die het door zijn barokke stijl tot een provocatie maakte voor
de protestantse soberheid. Omringd door twee kleine torentjes, is de
architectuur specifiek voor de regio Vlaanderen en het noorden. De abdijtoren
verblindt met de minutieuze sculptuur en het beitelen van de gevel. De toren is
versierd met beelden, waarvan sommige beelden tijdens de Franse revolutie in
1789 werden beklad of onthoofd. Je kan in de verschillende nissen beelden zien van heiligen. Je
kan ook het standbeeld aan de noordkant zien van Lothaire, die een stichter van
de Sint-Amandschool was in de 9de eeuw. Aan de zuidkant kan je ook het
standbeeld vinden van Hucbald (840-930), die een Vlaamse dichter, musicus,
leraar en benedictijn was. De hele gevel is niets minder dan een gigantische
stenen sculptuur van wit krijt en is gemakkelijk te snijden. Helaas is de gevel
in de loop der jaren door slecht weer sterk verslechterd. Er is een groot
restauratieproject gestart in 2004. De klok bovenaan de toren is nu gloednieuw
en heeft zijn kleuren van die tijd teruggekregen, namelijk blauw en rood. De wijzers en wijzerplaat zijn van helder goud.
Op de top van de toren resoneren de melodieën van de 48 klokken van de beiaard
uit 1640 in de stad Saint-Amand-les-Eaux. Deze gevestigde traditie in het
noordelijke departement vindt zijn oorsprong in de 18de eeuw, toen monniken de
beiaard bespeelden voor religieuze ceremonies. Tegenwoordig bestaat er een
beiaardiersschool in Saint-Amand-les-Eaux. De oude toren van de vroegere kerk
van de Sint-Amandsabdij is geklasseerd als historisch monument in 1846.
Er is een gedeelte van het marktplein voor de abdijtoren
afgesloten. Hier werd in januari 2018 bij toeval een menselijke schedel ontdekt
tijdens het graven van een waterreservoir. De Regionale Archeologische
Dienst deed verder onderzoek. Men heeft hier nog een dertigtal skeletten
gevonden. Allen lagen de skeletten in dezelfde richting. De voeten in het
oosten en het hoofd in het westen. Men had hier eigenlijk een begraafplaats
gevonden dat waarschijnlijk is ontstaan tussen de elfde en twaalfde eeuw. Bij
verder archeologisch onderzoek hebben ze hier ook de overblijfselen van een
brug gevonden. De brug werd grotendeels vrijgemaakt en bestudeerd in 2019. Het
was een brug die bestond uit 2 bogen en is perfect bewaard gebleven. De abdij
van Saint-Amand onderging in de periode van abt Dubois (1621-1673) grote
verbouwingen. Tijdens deze werkzaamheden werd de breedte van de gracht rond de
abdijgebouwen verdubbeld. Omstreeks 1625/1630 werd tegenover de
abdijtoren een stenen brug gebouwd, die het mogelijk maakte om over de gracht
te geraken. Op de borden die de omheining vormen kon je foto’s zien van
de gevonden begraafplaats met skeletten en de brug die men had blootgelegd. Verder
kon je nog foto’s zien van hoe de abdij en de abdijkerk er vroeger uitzagen.
Na de Franse Revolutie was
de officiële naam van de gemeente Saint-Amand, wat in 1962 werd uitgebreid tot
Saint-Amand-les-Eaux. Nabij het Schepenhuis kan ik ook het gemeentehuis zien
waar je bovenaan de woorden “liberté, égalité en fraternité” kan lezen.
Vrijheid, gelijkheid en broederschap is het motto van Frankrijk. De leus werd
geïntroduceerd tijdens de Franse Revolutie, maar werd pas volop in gebruik
genomen bij de oprichting van de Derde Franse Republiek. Debatten over de
bruikbaarheid van de drie termen bestaan al sinds de Franse Revolutie.
Achter de abdijtoren zie ik een grote open vlakte met
gras. Hier was vroeger de tuin van de abdij. Aan de overkant van de toren kan
ik het theater “Des Sources” zien. Op deze plaats heeft men de bouw gedaan van
het dorpshuis en de oplevering van de werken gebeurde in 1906. De bouw werd
toevertrouwd aan Gustave Dupont en zijn zoon Eugène, beide architecten van de
gemeente. Het dorpshuis is gebouwd op de plaats van het koor van de oude abdij,
grotendeels verwoest tijdens de Franse Revolutie. Het theater heeft een
renovatie ondergaan die deel uitmaakt van het project om de abdijtuin te
ontwikkelen en de bouw van een nieuwe mediatheek, aansluitend op het theater.
Het gebouw bestaat uit een hoofdlichaam in beton met baksteenmetselwerk en bedekt
met een leien dak. Het wordt voorafgegaan door een licht front met drie
traveeën dat de hoofdingang van het theater vormt, bereikbaar via een
trap. De drie sobere deuren van de verhoogde begane grond contrasteren met
de halfronde bogen van de grote erkers op de bovenverdieping die op pilasters
vallen. Ik kan bovenaan weer prachtige sculptuurversieringen zien zoals
stadswapens, mascaron, kapitelen en guirlandes. Ik merk de sculptuur van 2
harpen op en dit boven de halfronde bogen op de bovenverdieping. Het gebouw
wordt zowel links als rechts vergezeld door twee kleine paviljoens bedekt met
een gewelfd dak.
Voor het theater kan ik ook een standbeeld zien van de monnik
Amand, de stichter van de Sint-Amandsabdij. Een beetje verder aan de achterkant van de mediatheek ontdek ik een sculptuur in de vorm van een open boek. De sculptuur bevindt zich nabij het Jean Ferrat cultureel centrum. Jean Ferrat was een geëngageerde zanger en tekst schrijver met een vrije geest. Bovenaan op een pagina van dit open boek kon ik een tekst lezen uit zijn lied "J'imagine".
Ik wandel verder in de stad en kom nu de kerk Saint-Martin tegen.
Een eerste kerk werd hier gebouwd in de 7de eeuw. Een tweede kerk
werd gebouwd in de 11de eeuw. Het overleefde tot 1778, ondanks
de schade die het had opgelopen tijdens de godsdienstoorlogen. De kerk werd
rond 1785 voor de derde keer herbouwd. Na de Franse Revolutie herbergt het een
deel van de werken van de verwoeste abdijkerk. In de 19de en 20ste
eeuw werd de kerk verschillende keren gerestaureerd. Ook door de bombardementen
in de Eerste Wereldoorlog werd de kerk beschadigd. Tussen 1925 en 1933 werd de
torenspits herbouwd. Boven de toegangspoort zie ik een fronton die rust op
Ionische zuilen in gecoate arduin.
Saint-Amand-les-Eaux telt verschillende bronnen, wat
aanleiding gaf tot het ontstaan van een kuuroord en
de productie van mineraalwater.
De wateren van Saint-Amand zijn vooral bekend voor de behandeling van alle
problemen in verband met reumatologie en luchtwegen. Het water in het
stroomgebied van de Scarpe stroomafwaarts is een essentiële hulpbron voor de
drinkwatervoorziening van het gebied en de aangrenzende
metropolen. Jaarlijks wordt bijna 18 miljoen m³ water onttrokken. Ik ben
hier in Saint-Amand-les-Eaux ook een rond punt tegengekomen, waar in het midden
een grote fles mineraalwater Saint-Amand stond.
Bij het terugwandelen naar de wagen kom ik nog een gedenksteen
tegen, die er is gekomen voor de slachtoffers die zijn omgekomen in
Saint-Amand-Les-Eaux bij de ramp op 1 februari 1973. In een bocht kantelde een
tankwagen geladen met negentien ton propaan op een toekomende auto. De
tankwagen is ontploft en heeft de gemeente in brand gestoken.